Leden krijgen toegang tot extra informatie. Leden kunnen ook deelnemen aan het Forum Totaal hits:
Hieronder kunt u inloggen met een Gebruikersnaam en Wachtwoord of een account aanmaken. Aantal bezoekers
 

 Hier kunt u alle informatie vinden met betrekking tot het weer waaronder Waarnemingen in Haaksbergen, alles over het klimaat en de klimaat veranderingen, het weer in Nederland vanaf het jaar 800, weertips et cetera.

Welkom, Gast
Alstublieft Inloggen.    Wachtwoord verloren?
Het weer nader verklaard (1 bezoeker) (1) Gast
Ga naar onderkant Favoriet: 0
TOPIC: Het weer nader verklaard
#206
Luchtdruk 13 Jaren, 8 Maanden geleden Karma: 0  
Lucht heeft zoals alle stoffen op aarde gewicht.
Het oefent daardoor een zekere druk uit op het aardoppervlak. Het is niet eenvoudig om het gewicht van lucht aan te tonen. Daarom geloofden de mensen lange tijd dat lucht niets woog. De weegschaal toont echter aan dat een fles met lucht meer weegt dan diezelfde fles waar de lucht uitgepompt is.

Een dunne kolom lucht met een doorsnede van 1 vierkante cm helemaal tot het topje van de dampkring, dus tot 1000km hoogte, weegt ruim 1 kg. (is 10 Newton). Dit noemen we luchtdruk.
Op elke vierkante cm van ons lichaam drukt dus een gewicht van 1 kg. In totaal drukt de lucht met een kracht van minstens 100 Kg. Op ons hoofd. Toch wordt ons hoofd niet in elkaar gedrukt. We merken er zelfs niets van, dit komt doordat binnen in ons lichaam met dezelfde kracht wordt teruggedrukt. Als die “tegendruk” er niet was, zou ons lichaam onder die druk in elkaar zakken.

De werking van de barometer berust op en luchtledige doos waarvan de bewegingen op de deksel, via een hefboom, wordt overgebracht op een wijzer. Zodoende is men in staat om de luchtdruk te meten.
Men merkte toen op, dat als de wijzer op en barometer naar rechts ging (H) er goed weer kwam. Als de wijzer daarentegen naar links (L) ging, kon men minder goed weer verwachten.
De letter H geeft aan dat de luchtdruk naar verhouding hoog is, misschien wel meer dan 1 kg. per vierkante centimeter (of 10 Newton).
De letter L geeft aan dat de luchtdruk naar verhouding lager is, misschien wel minder dan 1 kg. per vierkante centimeter (of 10 Newton).
Omdat het in de praktijk moeilijk werken is met 1 Kg. druk per vierkante centimeter, heeft men het begrip millibar ingevoerd. Millibar is de eenheid van luchtdruk. 1000 millibar is ongeveer gelijk aan de druk van 1 kg per vierkante centimeter. Op de schaal van een barometer staan deze millibaren aangegeven. 1000 millibar staat in het midden.

Luchtdruk schommelt.
De barometer heeft duidelijk aangetoond dat de luchtdruk niet steeds even groot is en zeker niet op elke plaats. De luchtdruk varieert. Hoe ontstaan nu die verschillen in luchtdruk tussen de ene plek en de andere ?
Daar speelt de temperatuur weer een belangrijke rol in. We weten dat we een fiets met hard opgepompte banden ’s zomers beter niet urenlang in de felle zonneschijn kunnen laten staan. Iets dat verwarmd wordt, gaat uitzetten, ook de lucht in die fietsbanden/ Die lucht kan zo’n druk uitoefenen op de banden, dat ze springen.
In de vrije natuur zet verwarmde lucht ook uit. Maar daar kan de lucht eenvoudig ontsnappen en de gemakkelijkste weg is: naar boven. Warme lucht is lichter, heeft een kleinere soortelijke massa dan koude lucht. Dit is duidelijk te zien als er een vuurtje wordt gestookt. Boven het vuur is de lucht warm en daar ontstaat een stijgende luchtstroming. Als er snippertjes papier in worden losgelaten, zien we deze omhoog gaan, ze worden meegenomen door de stijgende luchtstroom.
Als in een bepaald gebied de aardoppervlakte goed door de zon wordt verwarmd, gaat de lucht boven dat gebied ook omhoog. Maar het tekort aan lucht wordt onmiddellijk aangevuld, doordat er van de omgeving ( koelere) lucht naar de bewuste plek toestroomt.
De koelere lucht wordt op haar beurt weer verwarmd en stijgt dus op. Naarmate ze verder van het warme aardoppervlak verwijderd raakt, koelt ze weer af. Daardoor wordt de lucht dan weer zwaarder. Tenslotte kan ze ergens verderop weer naar de aardoppervlakte dalen, soms wel duizenden kilometers verwijderd van de plaats waar ze is opgestegen. Daardoor ontstaan ingewikkelde kringloopbewegingen in de atmosfeer, die uiteindelijk ook het dagelijkse weer veroorzaken.

Gustave de Coriolis ontdekte dat de lucht van een hoge- naar een lagedrukgebied niet zomaar van hoog naar laag stroomt, maar op het noordelijk halfrond met een afwijking naar rechts en op het zuidelijk halfrond met een afwijking naar links stroomt. Dit hangt samen met de draaiing van de aarde. Men noemt dit het corioliseffect.
In 1857, presenteerde de oprichter van het KNMI (Buys Ballot) zijn wet van Buys Ballot. Deze luidt:
Staande met de rug naar de wind bevindt het lagedrukgebied zich op het noordelijk halfrond links van de waarnemer en een weinig naar voren, en het hogedrukgebied rechts van hem en een weinig naar achteren.
Deze wet werd gebruikt om uren vooruit een storm of verandering van windrichting te voorspellen

Kort samengevat:
Lucht bevat waterdamp
Verwarmde lucht stijgt op
Stijgende lucht koelt weer af en daalt
Dalende lucht wordt warmer
Warme lucht kan meer vocht bevatten dan koude lucht.

Wat gebeurd er in een gebied met lage luchtdruk ?
Vochtige warme lucht stijgt op
Lucht koelt af, wolkvorming (condensatie)
Lucht stijgt nog verder op
Nog groter afkoeling veroorzaakt neerslag

Wat gebeurd er in een gebied met hoge luchtdruk ?
De lucht gaat naar beneden en vloeit weg in alle richtingen naar gebieden met een lage luchtdruk (=> Wind)
Wolken verdwijnen want de lucht kan meer waterdamp bevatten omdat ze warmer wordt.

De wind is een van de voornaamste bepalende factoren voor ons weer. De meest voorkomende windrichting Wind is dus “lucht in beweging”, daarbij verplaatst zij zich van een maximum (H) naar een minimum (L).
is ZW. Namelijk 20 %. Is die beweging snel, dan waait de wind hart; stroomt de lucht maar langzaam, dan is er een zwakke wind. Er is een groot verschil in de kracht waarmee de lucht stroomt.

Meer over luchtdrukken kunt u hier vinden.

Voor ons land geldt over het algemeen:
’s Zomers brengt de westenwind koel en onbestendig weer
’s Winters brengt de westenwind zacht en onbestendig weer
’s Zomers brengt de oostenwind warm en droog weer
’s Winters brengt de oostenwind koud weer
Erwin (Admin)
Administrator
Berichten: 1211
graph
Gebruiker offline Klik hier om het gebruikersprofiel van deze gebruiker te zien
Gelogd Gelogd  
 
Laatste Wijziging: 14/12/2016 18:16 Door Erwin.
 
De Administrator heeft publieke schrijf toegang geblokkeerd.  
#207
Windhoos / Tornado / Orkaan / Cycloon 13 Jaren, 8 Maanden geleden Karma: 0  
Windhoos
Soms ziet men aan de onderzijde van een wolk op slurven gelijkende uitsteeksels. De slurven, die in een punt uitlopen, worden steeds langer tot ze zich in de lucht oplossen of tenslotte het aardoppervlak bereiken.
Op de plaats waar dat gebeurt, lijkt het of zich plotseling uit het water een zuil verheft of op het land een stofwolk oprijst. Het zijn stof- en waterhozen, die in de zomer voorkomen.

Een waterhoos is een windhoos/tornado boven water. Ze hebben geen zuigende of exploderende krachten. Water blijft gewoon in het zwembad. De lucht in de tuba gaat naar beneden. Schade treed op door de windbelasting met windsnelheden van zelfs 500 km/uur (139 m/s).

In het Nederlandse klimaat komt het jaarlijks tot windhozen. We spreken van een windhoos als de circulatie van een trechtervormige wolk onder een bui, tot aan het aardoppervlak weet door te dringen. Voor een windhoos zijn felle buien noodzakelijk, Een Nederlandse windhoos zou men in Amerika een tornado noemen.
Gewoonlijk zijn ze in ons land ongevaarlijk, maar een enkele keer hebben ze zo’n omvang, dat ze aanzienlijke schade aanrichten.

Tornado
In Nederland bereikt een windhoos zelden de kracht van een Amerikaanse tornado. In de 20e eeuw gebeurde dat slechts enkele malen.
Tornado’s worden ingedeeld volgens de schaal van Fujita. Deze schaal loopt van F0-F5 en werd door de Japanse meteoroloog en natuurkundige Ted Fujita opgesteld. Hij baseerde de schaal op de optredende schade in de kern van de tornado gekoppeld aan de maximaal optredende en mogelijke windsnelheden. Deze oorspronkelijke schaal is inmiddels verouderd. In plaats daarvan wordt sinds 2007 de Enhanced Fujita Scale (EF Scale) gebruikt. Ontwikkeld om tornado's in te delen aan de hand van de schade die ze aanrichten.
Bij deze schaal wordt ook rekening gehouden met de kwaliteit van bouwconstructies. Ook heeft men gevonden dat lagere windsnelheden al de door de schaal gedefinieerde schade veroorzaken.

F0: 064-116 km/h. EF0: 105-137 km/h. Lichte Tornado. Lichte schade.
Takken breken af ondiep gewortelde bomen waaien om.
F1: 117-180 km/h. EF1: 138-178 km/h. Matige tornado. Matige schade.
Caravans kunnen omslaan. Auto’s worden van de weg gedrukt.
F2: 181-253 km/h. EF2: 179-218 km/h. Tornado van betekenis. Aanzienlijke schade.
Bomen worden ontworteld. Schade aan huizen.
F3: 254-332 km/h. EF3: 219-266 km/h. Zware tornado. Ernstige schade.
Treinen slaan om
F4: 333-418 km/h. EF4: 267-322 km/h. Zeer verwoestende tornado. Zeer zware schade.
Huizen worden opgetild. Auto’s waaien weg.
F5: 419-512 km/h. EF5 > 322 km.h. Zware tornado. Catastrofaal.
Huizen auto’s vliegen 100 meter of meer door de lucht, Grote metalen constructies worden verbogen.

Voor het ontstaan van een tornado is het zwaarste type onweersbui nodig dat we op aarde kennen: de supercell.
Een supercell is kort gezegd een zware onweersbui die een eigen circulatie weet te ontwikkelen. Daarvoor zijn voldoende vocht en warmte nodig, maar ook interactie met de bovenlucht is essentieel. In de stijgstroom gaat de warme lucht spiraalsgewijs met grote snelheid omhoog. Ook de daalstromen uit de enorme bui bevatten rotatie. In het hart van de bui ontstaan in feite een zeer compact maar goed ontwikkeld lagedrukgebied.
Zulke situaties doen zich vooral voor in de nabijheid van ofwel een koufront, dan wel een buienlijn op een convergentielijn.

Nederland
Een Tornado trof bijvoorbeeld in 1925 het plaatsje Borculo, waarbij het grootste deel van het dorp werd vernield. Deze windhoos ontwikkelde zich tot een cycloon, de beruchte cycloon van Borculo.
In de tweede wereldoorlog ontwikkelde zich boven het IJsselmeer een bui met maar liefst elf slurven.

Windhoos / Tornado in Nederland enkele met dodelijke slachtoffers traden op bij:
01/08/1674: Utrecht. Tornado met enorme ravage.
19/08/1845: Zevenbergen. Windhoos met veel schade waarbij drie doden te betreuren waren.
10/08/1925: Borculo. Tornado grootste gedeelte van het dorp werd vernielt. 4 doden.
01/07/1927: Neede. Tornado met veel schade. 10 doden
23/08/1950: F3-F4. Kootwijk en de Veluwe. Tornado met veel schade aan de bossen over een lengte van 46km.
27/03/1966: Winterswijk. Windhoos richt veel schade aan.
25/06/1967: F3. Oostmalle, Chaam en Tricht. Windhoos volgens KNMI zwaarste ooit in Nederland. 7 doden.
11/08/1972: Ameland. Een windhoos over Ameland en ongelukkigerwijs juist over de camping bij Nes. Er stond geen caravan meer overeind. 2 doden.
03/10/1977: Aalten. Windhoos vernielt een kapitale boerderij.
06/10/1981: Moerdijk. Windhoos treft vliegveld waarbij een F28 Fellowship verongeluk. 17 doden.
17/07/1987: Oldenbroek. Windhoos trok een spoor van verwoesting door de bossen. Vele boerderijen en kassen gingen tegen de vlakte, vee werd meegesleurd.
11/08/1992: Ameland. Tweede keer een zware windhoos over camping bij Nes. 1 dode.
03/08/1997: Hoogvliet en Spijkenisse. Windhoos met veel schade.
09/09/1998: Apeldoorn - Deventer: Windhoos legde vele bomen om.
02/06/2003: Warnsveld - Vorden. Windhoos.
17/06/2004: Breda. Tornado richtte een ravage aan in de wijken Sportpark, Heusdenhout en Brabantpark.
26/06/2007: EF1, lokaal EF2. Gelderse Vierhouten.
14/07/2007: Hoogeveen. Windhoos.
04/08/2008: Grouw en Oostermeer. Windhoos.
14/07/2010: Zware valwinden in Vethuizen en Neerkant. 2 doden.
07/06/2012: Montfort. Windhoos.
04/11/2013: Wijk bij Duurstede. Tornado richtte aanzienlijke schade aan in de wijk de Horden en het industrieterrein Molenvliet.
09/07/2014: De Moer. Tornado krachtige maar korte.
24/08/2015: EF1. Wieringerwerf. Tornado met een spoor van schade vooral aan boerderijen.
04/06/2019: EF2 Tornado tussen Nijmegen en Hulsen
EF1-tornado over Haaksbergen over een gebied van circa 2 km in noordnoordoostelijke richting.
Ten minste acht tornado’s zijn deze dag geïdentificeerd in Nederland

Gustnado
Een gustnado is niets anders dan uitstromende lucht uit een buienwolk die aan de grond voor lokaal sterk draaiende beweging zorgt. Ze duren enkele seconden tot hooguit enkele minuten met een hoogte van enkele tientallenmeters.
Meestal treed de schade op aan de voorzijde van een windstotenfront van een buiencomplex.
Waarschijnlijk is hiervan ook sprake geweest op 4 juni 2019 op enkele plekken in Haaksbergen.

Orkaan
Orkaan is windkracht 12, de hoogste trap van de schaal van Beaufort. Van een orkaan is sprake als de windsnelheid gemiddeld over minstens 10 minuten 117 km per uur of meer is. Een orkaan is de gevaarlijkste storm die in ons land mogelijk is. Het is een zware storm die uitgroeit tot een superstorm, levensgevaarlijk en de schade is enorm.
Orkaankracht wordt in ons land zelden bereikt: sinds 1901 slechts op drie dagen en meestal alleen gedurende korte tijd.

Orkanen zijn hevige en gevaarlijke wervelstormen met verwoestende windsnelheden tot 300 kilometer per uur en huizenhoge golven.
Afhankelijk van het gebied waar ze ontstaan heten ze:
- Orkaan: Atlantische Oceaan en het oostelijke deel van de Stille Oceaan
- Hurricanes: Caribisch gebied,
- Tyfonen: Westelijke deel van de Stille Oceaan en de Filipijnen
- Cycloon: Zuidelijke deel van de Stille Oceaan en de Indische oceaan,
- Willy-Willie: Australië.

Dergelijke stormen kunnen ontstaan in de gebieden rond de evenaar wanneer de zeewatertemperatuur 27 graden of hoger is. De oorzaak voor het ontstaan van orkanen is de zon. Rond de evenaar warmt de zon het land en de zee sterk op. Warme luchtpakketjes stijgen naar grote hoogte tot wel 16km. Op deze hoogte kan de lucht niet verder stijgen en stroomt de lucht naar de zijkanten en uiteindelijk ook weer naar beneden. Wanneer er meerdere wolkenpartijen tot zware onweersbuien ontwikkelen, kan er een systeem van enkele honderden kilometers in doorsnede uitgroeien.
Door de draaiing van de aarde gaat dit systeem ook draaien. Een typische kenmerk van een zich ontwikkelende orkaan is het ontstaan van een oog in het midden door hele sterk dalende luchtbewegingen.

Een bijkomend kenmerk is de lage barometerstanden in het oog. Bij een categorie-5 is de luchtdruk zelfs lager dan 920 hPa. Als gevolg van deze lage luchtdruk kan het zeewater soms meer dan zes meter omhoog worden gezogen, met vloedgolven in de kustgebieden tot gevolg.

Boven land neemt de windsnelheid in de orkaan af, maar vallen er enorme hoeveelheden regen, soms honderden millimeters in luttele uren. In het 'oog' van de cycloon, met een doorsnede van 30 tot 50 kilometer, klaart het op en is het nagenoeg windstil, de stilte voor de storm. Zodra het oog voorbij is steekt de storm aan de achterkant weer op dan uit een andere richting.
In Nederland komen stormen met windsnelheden tot 300 kilometer per uur, niet voor. Wel kunnen de restanten Europa bereiken, maar dan als gewone depressies.

Als gevolg van warmer zeewater kunnen orkanen die in de Atlantische wateren tot ontwikkeling komen in de toekomst vaker naar Europa gaan afbuigen. Als gevolg van de klimaatverandering zullen orkanen wel steeds vaker noordwaarts richting Europa trekken, waar ze het weer in onze streken gaan beïnvloeden. Superstorm Lorenze (Cat-5) schampte in september 2019 de westkust van Ierland. Dit was waarschijnlijk een voorproefje van wat ons te wachten staat als het klimaat verder opwarmt.

Orkanen worden naar hun kracht ingedeeld volgens de schaal van Saffir-Simpson. Er is een classificatie ontwikkeld om onderscheid te kunnen maken tussen krachtige en verwoestende cyclonen. De schaal werd opgesteld in 1969. De schaal kent vijf verschillende categorieën gebaseerd op windsnelheid, barometrische druk en de hoeveelheid stormvloed.

1. Zwak, windsnelheid 118 – 152 km/uur.
2. Matig, windsnelheid 153 – 176 km/uur.
3. Krachtig, windsnelheid 177 – 208 km/uur.
4. Zeer krachtig, windsnelheid 209 – 248 km/uur.
5. Verwoestend, windsnelheid meer dan 248 km/uur.
Erwin (Admin)
Administrator
Berichten: 1211
graph
Gebruiker offline Klik hier om het gebruikersprofiel van deze gebruiker te zien
Gelogd Gelogd  
 
Laatste Wijziging: 14/01/2023 11:03 Door Erwin.
 
De Administrator heeft publieke schrijf toegang geblokkeerd.  
#229
Sneeuw en Witte kerst 13 Jaren, 3 Maanden geleden Karma: 0  
Eigenlijk is elke vorm van neerslag oorspronkelijk sneeuw. De ijskristallen in een wolk waar de temperatuur tussen de min 10 en min 20 graden Celsius is, zijn bedekt met een klein laagje water. Botsen de kristallen, dan vriezen ze vast. En zijn er genoeg ijskristallen aan elkaar geplakt, dan ontstaat een sneeuwvlokje dat zo zwaar is dat het uit de wolk valt. Is het ook koud genoeg aan het aardoppervlak (rond het vriespunt of daaronder), dan blijft de sneeuw echt sneeuw. Zo niet, dan smelt het en wordt het regen.

Wanneer er een zeer koude, meestal noordelijke Arctische stroming boven de Noordzee staat, brengt dit in de winter en in het voorjaar nog we1 eens (veel) sneeuwbuien boven ons land. De combinatie van een zeer koude bovenlucht en relatief warm zeewater zorgt voor de ideale omstandigheden voor het ontstaan van deze sneeuwbuien.

De koude lucht waarin sneeuwbuien ontstaan, vind je eerder op grote hoogte. Daarom gaat de neerslag vooral op de heuveltoppen van Limburg eerder in sneeuw over dan in lagere delen van Nederland.

Een emmer van tien liter vol verse sneeuw weegt slechts één kilogram. Smelt de sneeuw, dan vinden we slechts één liter water in de emmer terug. 10 cm sneeuw komt dus overeen met een neerslaghoeveelheid van 1 cm regen.
Voordat het sneeuwdek tot een meter is aangegroeid is er echter wel meer sneeuw nodig dan 10 cm aan neerslag. Ondanks het geringe gewicht van sneeuw wordt een dikke laag namelijk toch wel enigszins samengedrukt. Gaat dit proces eeuwenlang door, zoals bij gletsjers of ijskappen, dan wordt de sneeuw uiteindelijk ijs.

Het lijkt vreemd maar we kunnen binnenshuis horen of het sneeuwt of heeft gesneeuwd. Vooral vers gevallen, droge sneeuw werkt als een geluiddemper, omdat er veel lucht in zit. Scherpe of luide klanken worden als het ware opgeslorpt en niet weerkaatst. De witte wereld is dus ook heel stil, vol rust en kalmte. Zodra de sneeuw begint te smelten en langzaam verdwijnt neemt het lawaai weer toe.
Een wandeling door de sneeuw geeft de ene keer een heel ander geluid dan de andere keer. Het geluid van voetstappen in de sneeuw hangt samen met de temperatuur. De toon is hoger naarmate de temperatuur lager is. Als de temperatuur boven het vriespunt ligt, doen de stappen de natte sneeuw smelten. Vriest het meer dan vijf graden, dan wordt de sneeuw vrijwel geruisloos samengedrukt onder de voeten. Vriest het meer dan twaalf graden, dan horen we de sneeuw knarsen en kraken en klinkt het alsof we door glas lopen.

Onder een sneeuwdek is de temperatuur vaak maar net onder het vriespunt. Valt er in de late winter of het vroege voorjaar sneeuw, dan kan deze vooral tijdens de nog koude nacht en ochtend een tijdje blijven liggen. Vooral ontluikend gewas wordt zo beschermd tegen nachtvorstschade. Zelfs fruittelers kunnen er baat bij hebben. Valt er in april nog een sneeuwbuitje, dan kan de sneeuw bescherming bieden aan de bloesems, tegen mogelijk erop volgende nachtvorst.
Sneeuw heeft nog een voordeel. Als het gaat dooien zonder veel vorst in de grond onder het sneeuwdek, zakt het smeltwater zachtjes in de grond. Er komen nauwelijks plassen, het vocht wordt netjes in de bodem verdeeld. Valt er vaak sneeuw, dan vindt de boer dat dus in het algemeen fijn en verwacht hij een rijk jaar.


Soorten sneeuw

Natte sneeuw
Bestaat grotendeels uit water, smelt meestal als het de grond raakt.

Poedersneeuw
Bij zeer strenge vorst klonteren de ijskristallen niet samen, maarvalt de sneeuw in kleine vlokjes.

Drift- of jachtsneeuw
Sneeuw die van de grond opwaait.

Blizzard
Sneeuwstorm.

In Nederland valt gemiddeld 30 dagen per jaar sneeuw. De kans dat die sneeuw tijdens Kerst valt, is vrij klein. In de afgelopen jaren hebben we slechts enkele keren een witte Kerst gehad.
Voor de statistieken is sprake van een witte kerst als op beide kerstdagen een gesloten sneeuwdek ligt in De Bilt van minimaal één cm
Witte kerst in De Bilt vanaf 1901:
1906, sneeuwhoogte 10 cm
1938, sneeuwhoogte 13 cm
1940, sneeuwhoogte 4 cm
1950, sneeuwhoogte 6 cm
1964, sneeuwhoogte 5-10 cm
1981, sneeuwhoogte 11-20 cm
2009, sneeuwhoogte 4-9 cm
2010, sneeuwhoogte 4-6 cm

Van een Witte Kerst in Twente is sprake als op beide kerstdagen een gesloten sneeuwdek ligt in Twente van minimaal één cm.
Witte kerst in Twente vanaf 1894:
1896, sneeuwhoogte 5 cm
1906, sneeuwhoogte 3 cm
1917, sneeuwhoogte 2 cm
1923, sneeuwhoogte 8 cm
1930, sneeuwhoogte 5 cm
1938, sneeuwhoogte 10 cm
1950, sneeuwhoogte 2 cm
1962, sneeuwhoogte 5 cm
1964, sneeuwhoogte 2 cm
1981, sneeuwhoogte 5-10 cm
1986, sneeuwhoogte 5-15 cm
2000, sneeuwhoogte 5-10 cm
2010, sneeuwhoogte 15 cm
Erwin (Admin)
Administrator
Berichten: 1211
graph
Gebruiker offline Klik hier om het gebruikersprofiel van deze gebruiker te zien
Gelogd Gelogd  
 
Laatste Wijziging: 24/07/2023 20:45 Door Erwin.
 
De Administrator heeft publieke schrijf toegang geblokkeerd.  
#252
Vorst / Vorstgrens 13 Jaren, 1 Maand geleden Karma: 0  
Als de temperatuur op aarde voldoende daalt, krijg je vorst. Dit gebeurt vaker bij helder weer, wanneer er geen wolken zijn die de van de aarde opstijgende warmte tegenhouden. Als de temperatuur op een hoogte van 1,5 meter boven de grond onder het vriespunt komt, spreken we officieel van vorst. Vriest het tot niet meer dan 10 centimeter boven de grond, dan noemen we het natuurlijk vorst aan de grond. De eerste vorst na de zomer wordt meestal in oktober gemeten.

Soorten vorst

Lichte vorst
-0,1 tot -5 graden

Matige vorst
-5.1 tot -10 graden

Strenge vorst
-10,1 tot -15 graden

Zeer strenge vorst
-15,1 graden of lager

Een dag waarop de minimumtemperatuur onder nul komt, noemen we een vorstdag. Blijft de temperatuur het hele etmaal onder nul en ligt ook de maximumtemperatuur onder het vriespunt? Dan noemen we het een ijsdag.

Wanneer grond losgewerkt is, werkt de lucht die tussen de losgemaakte grond zit als een goede isolator. De warmtestroom uit de diepere bodem wordt zo tegengegaan. Het gevolg is dat de lucht die vlak boven de grond zit, extra snel en sterk kan afkoelen. Daardoor is de kans groter dat jonge plantjes, die net boven de grond zijn gekomen, schade oplopen door de vorst aan de grond.
Dus bij kans op vorst aan de grond is het beter om het schoffelen van de ruin nog even uit te stellen.

Nulgradenniveau
Het nulgradenniveau (isotherm 0 C) of de vorstgrens geeft aan op welke hoogte de temperatuur onder nul komt in de admosfeer. Boven het nulgradenniveau zijn de wolkendruppels in onderkoelde toestand . Als de vorstgrens op 0 meter staat, vriest het tot in het laagland.
Dit niveau ligt meestal zo'n 300 meter boven de grens waar sneeuw overgaat in regen. Sneeuw kan immers al vallen bij temperaturen van enkele graden boven nul.

Het nulgradenniveau wordt gebruikt voor een verscheidenheid van prognoses en voorspellingen. Het niveau ligt nu (18/12/2015) op 3400m hoogte. Boven dit niveau vriest het dus en dat is wel erg hoog voor dit tijdstip van het jaar.

De isothermen van 0 C (vorst) of -3 C (eeuwige sneeuw) vormen de scheidslijn tussen een zeeklimaat en een landklimaat.
Erwin (Admin)
Administrator
Berichten: 1211
graph
Gebruiker offline Klik hier om het gebruikersprofiel van deze gebruiker te zien
Gelogd Gelogd  
 
Laatste Wijziging: 19/12/2015 07:06 Door Erwin.
 
De Administrator heeft publieke schrijf toegang geblokkeerd.  
#253
Wind 13 Jaren, 1 Maand geleden Karma: 0  
Wind is simpelweg lucht die stroomt. Het ontstaat doordat lucht zich wil verplaatsen van plekken met een hogere luchtdruk naar plekken met een lagere luchtdruk. De verschillen in luchtdruk worden veroorzaakt door temperatuurverschillen. Wind is er om die luchtdrukverschillen weg te nemen. Een taak die eigenlijk nooit af is. Daarom is de lucht rond de aarde continu in beweging en waait er altijd wind.

Bij windkracht 5/6 worden evenementen met marktkramen afgeblazen.
Anders moet je de marktkramen vastsjorren vooral in straten kan het dan extra spoken.

Soorten wind

Fohn
Moet lucht over een berg heen, dan verliest hij bij het opstijgen veel vocht in de vorm van neerslag. Aan de andere kant van de berg daalt de lucht weer, waardoor hij opwarmt. Omdat droge lucht sneller opwarmt dan vochtige lucht, zorgt de fohn voor extra veel warmte en dus een groter temperatuurverschil tussen beide zijden van een berg.

krimpende wind
Een krimpende wind (draaiing tegen de wijzers van de klok in) kondigt namelijk vaak een weersverslechtering aan.

Stijgwind of anabatische wind
Wind die vanuit het dal een helling opklimt. De wind ontstaat op zonnige dagen als een helling warmer wordt dan het dal. De lucht stijgt daardoor op en trekt lucht uit het dal mee.

Valwind of katabatische wind
Een valwind is een sterke neerwaartse luchtstroom die lucht met een hoge dichtheid vervoert vanaf grote hoogte onder invloed van de zwaartekracht. Ze komen alleen in of aan de rand van bergachtige gebieden voor die van een helling het dal instroomt. De wind ontstaat als het op de helling koud wordt, waardoor de lucht dichter en dus zwaarder wordt.
Soms wordt een valwind ook wel aangeduid met de termen downburst of microburst, maar een downburst is een meer algemene term voor een sterke neerwaartse stroming van lucht in een zware bui.
Een valwind kan gepaard gaan met zware windstoten en neerslag. Soms wordt een valwind verward met een tornado of windhoos, echter een valwind is te herkennen aan dat de bomen allemaal in dezelfde richting omvallen




Sommige winden zijn zo bekend, dat ze een eigen naam hebben: de Mistral in het Franse Rhonedal bijvoorbeeld. Dat is een valwind met hevige windstoten.

Waarom de wind ’s nachts draait is als volgt verklaarbaar:
Overdag daalt de lucht boven de koele zee en wordt naar de kust geduwd waardoor het boven het warmere land weer gaat stijgen.
’s Nachts daarin tegen daalt de lucht boven het koele land en wordt zo naar de kust geduwd waardoor het boven het warmere zeewater weer gaat stijgen.

Windverschillen in de verticaal
Het komt geregeld voor dat de wind aan de grond vanuit een totaal andere hoek waait, dan de wind op enkele kilometers hoogte. Als er daarbij bewolking overschuift, is dat goed te zien. Dan komen de stapelwolken bijvoorbeeld vanuit het noordwesten aandrijven, terwijl de hoge sluierbewolking vanuit het zuidwesten overtrekt. In een onstabiele luchtopbouw, dat wil zeggen met relatief warme lucht onderin en relatief koude lucht bovenin, wordt buivorming extra gestimuleerd als er windverschillen zijn met de hoogte. Dan gaat het zowel om snelheidsverschillen als om richtingsverschillen. Wie zoekt naar een hevige bui, mogelijk supercell, die zoekt vooral naar verschillen in windrichtingen op relatief geringe hoogte in de bui en windversnelling met de hoogte.

Biologische windschalen
Voor de invloed van de wind op dieren en planten, uitgewerkt door de Engelse bioloog Lyall Watson.
In windstoot van 130 km/uur komt overeen met 95kg per m2

Bij windstilte zijn alle vogels in de weer.
Bij windkracht 1 - 2 (zwakke wind) vliegen de bladluizen en zweven jonge spinnen aan herfstdraden.
Bij windkracht 3 verplaatsen spinnen, luizen en sprinkhanen zich niet meer.
Bij windkracht 4 blijven ook de kevers aan de grond.
Bij windkracht 5 stoppen alle vliegen met vliegen, behalve horzels. De nachtelijke vogeltrek stopt dan ook.
Bij windkracht 6 stoppen de nachtvlinders en bijen en wagen zich nog maar weinig vogels in de lucht.
Bij windkracht 7 zoeken kleine vogels een schuilplaats.
Bij windkracht 8 zijn er nog maar weinig vogels in de lucht.
Bij windkracht 9 (storm) durven alleen zwaluwen en eenden nog te vliegen. Insecten blijven aan de grond
Bij windkracht 10 (zware storm) blijven alle vogels aan de grond.

Sommigen vogels kunnen de komst van een storm aanvoelen door subtiele veranderingen in de luchtdruk. Uit enkele onderzoeken blijkt dat deze vogels kort van te voren extra veel eten zodat ze de storm kunnen uitzitten. Dit heeft wel een nadeel: van een volle buik wordt de vogel langzaam en zwaar. Dus alleen als er een storm komt, eten ze even zo veel mogelijk op.
Erwin (Admin)
Administrator
Berichten: 1211
graph
Gebruiker offline Klik hier om het gebruikersprofiel van deze gebruiker te zien
Gelogd Gelogd  
 
Laatste Wijziging: 09/11/2022 18:30 Door Erwin.
 
De Administrator heeft publieke schrijf toegang geblokkeerd.  
#254
Depressie 13 Jaren, 1 Maand geleden Karma: 0  
Een depressie wordt veroorzaakt door een lagedrukgebied. Dit is een gebied waarin de luchtdruk lager is dan in de omgeving daaromheen. De luchtdruk is het gewicht van de dampkring en geeft aan hoe hard de lucht op ons hoofd drukt. Als er op 10 kilometer hoogte een keiharde wind (de straalstroom) waait, wordt van onderaf lucht aangezogen. Hierdoor daalt aan het aardoppervlak de druk, wat betekent dat we te maken hebben met een depressie.

Voorboden van depressie:
Een kring om de zon, een halo, vormt zich in ijskristallen waaruit sluierwolken in de hoogste lagen van de atmosfeer bestaan. Ze zijn vaak de eerste voorboden van een naderend warmtefront en dat hoort vaak weer bij een naderende depressie. Als de vissers vanuit de Nederlandse havens vertrokken en de kringen rond de zon waren te zien, dan konden de achterblijvers met recht bang zijn dat de vissers in een depressie met bijbehorende storm terecht zouden komen.

Soorten depressie

Frontale depressie
Ontstaat waar koude lucht uit het noorden en warme lucht uit het zuiden op elkaar botsen.

Secundaire depressie
Een klein lagedrukgebied in een groter lagedrukgebied. Een minidepressie in een depressie dus.

Orografische depressie
Wanneer een luchtstroom over een berg heen wil, zal hij moeten stijgen. Daardoor koelt de lucht af, condenseert en zorgt voor een plaatselijke depressie.

Zelfs in een schoorsteen kan ook een minilagedrukgebiedje ontstaan. Wanneer er boven de schoorsteen heel harde wind waait, zul je zien dat as vanuit de haard naar boven wordt getrokken.

Een lagedrukgebied gaat vaak gepaard met regen omdat de lucht van verschillende kanten wordt aangetrokken, en gaat botsen in de kern van het lagedrukgebied. De enige uitweg is dan nog omhoog. Lucht die opstijgt, koelt at. En lucht die afkoelt, condenseert tot kleine waterdruppeltjes. Deze vormen wolken, waaruit stevige buien kunnen vallen.
Erwin (Admin)
Administrator
Berichten: 1211
graph
Gebruiker offline Klik hier om het gebruikersprofiel van deze gebruiker te zien
Gelogd Gelogd  
 
Laatste Wijziging: 29/01/2013 20:56 Door Erwin.
 
De Administrator heeft publieke schrijf toegang geblokkeerd.  
Ga naar bovenkant
Forum Het weer in Haaksbergen
Banner

Bezoekers

We hebben 184 gasten online